Hoe hoger je diploma, hoe groter je kans op geluk. Landen die het geluk van hun burgers willen maximaliseren, doen er goed aan in te zetten op goed onderwijs voor iedereen. Dat blijkt uit nieuw onderzoek gepubliceerd in het British Journal of Sociology of Education.
Door Kelly Keasberry
Gelukskloof
Mensen zijn gelukkiger naarmate ze hoger opgeleid zijn, wijst het onderzoek uit. Helaas krijgt niet iedereen dezelfde kansen. Kinderen uit
rijkere gezinnen doen het beter op school, en gaan daardoor vaker naar de
universiteit dan kinderen uit de arbeidersklasse. Dat heeft tot gevolg dat er
een aanzienlijke gelukskloof bestaat tussen kinderen uit de middenklasse en
hun leeftijdsgenoten uit kansarme milieus.
Toch kan het ook anders, meent onderzoeker Björn Högberg van de Umeå Universiteit. De gelukskloof kan worden verkleind door een onderwijsbeleid
dat kansarme kinderen meer kansen biedt. Samen met zijn onderzoeksteam berekende hij
de tevredenheid en het geluk van ruim 15.000 mensen uit 25 landen, variërend in
leeftijd van 18 tot 29 jaar. Vervolgens ging Högberg na hoe welke
gevolgen het onderwijsbeleid had voor het welzijn van de burgers.
Denemarken koploper
Uit de bevindingen blijkt dat er inderdaad een gelukskloof bestaat tussen arm en rijk. Jongeren uit kansrijke
gezinnen geven hun leven een hoger cijfer dan leeftijdgenoten uit
kansarme gezinnen. Toch kan deze gelukskloof worden beïnvloed door
het onderwijsbeleid dat een land voert.
De gelukskloof bleek het grootst in landen waar de drempel tot het hoger onderwijs het hoogst was. Dat geldt voor Hongarije en Bulgarije, waar de studierichting van kinderen al op zeer jonge leeftijd beslissend is. Iets dichter bij huis scoren ook het Verenigd Koninkrijk en Duitsland hoog. Volgens de onderzoekers is dit te wijten aan de hoge kosten van (privé)onderwijs en het lage aantal inschrijvingen aan Britse universiteiten.
De gelukskloof bleek het grootst in landen waar de drempel tot het hoger onderwijs het hoogst was. Dat geldt voor Hongarije en Bulgarije, waar de studierichting van kinderen al op zeer jonge leeftijd beslissend is. Iets dichter bij huis scoren ook het Verenigd Koninkrijk en Duitsland hoog. Volgens de onderzoekers is dit te wijten aan de hoge kosten van (privé)onderwijs en het lage aantal inschrijvingen aan Britse universiteiten.
Uitschieters aan de andere kant van het spectrum zijn er
gelukkig ook. Denemarken blijkt koploper als het
om gelukkige burgers gaat. Het onderwijs is er relatief goedkoop, toegankelijk
en van goede kwaliteit. Wie op jonge leeftijd niet slaagt, kan altijd nog als
laatbloeier zijn geluk in de collegebanken beproeven.
Meer dan eindtermen
In sommige landen ligt de studierichting van kinderen al vrij snel vast. Wie de kans krijgt om nog even 'rond te snuffelen', doet het volgens Högberg beter: 'kinderen
uit kansarme gezinnen bleken significant gelukkiger als de doorstroming werd
vertraagd.'
Goed onderwijs is dan ook méér dan simpelweg eindtermen toetsen. Scholen moeten zich bewust worden van hun brede impact op de samenleving, aldus de Zweedse onderzoeker. Ze kunnen de levenskansen van kinderen en jongeren aanzienlijk vergroten, en daarmee bijdragen aan een hoger geluksquotiënt.
Blijft natuurlijk de vraag of iedereen gelukkig wordt van een baan als adocaat of wetenschapper. Ook een tevreden timmerman kan goud waard zijn. Geluk schuilt waarschijnlijk bovenal in de kans om te kunnen worden wat je wilt.
Blijft natuurlijk de vraag of iedereen gelukkig wordt van een baan als adocaat of wetenschapper. Ook een tevreden timmerman kan goud waard zijn. Geluk schuilt waarschijnlijk bovenal in de kans om te kunnen worden wat je wilt.
Reacties
Een reactie posten