Boekrecensie
Diane is een vrouw op wie vele andere jaloers zouden worden. Zo op het eerste gezicht heeft ze alles mee. Ze baat een literair café uit in hartje Parijs. Daarnaast heeft Diane ook nog eens een snoezig dochtertje en een man, huisvriend en ouders die allemaal letterlijk voor haar door het vuur zouden gaan. Maar schijn bedriegt.
Gelukkige mensen lezen en drinken koffie. Zo luidt de vertaalde titel van het boek Les gens heureux lisent et boivent du café van de Franse schrijfster Agnès Martin-Lugand. Het is ook de naam van het koffietentje van hoofdpersoon Diane. Aanvankelijk lijkt Diane het beeld te belichamen van de stijlvolle Parisienne en zakenvrouw.
Truman show
Maar Diane lijdt ook aan telefoonangst. Ze is zo'n vrouw die al begint te beven bij de gedachte dat ze een telefoontje moet plegen. Praktische zaken laat ze liever aan haar man over. Het bewaren van haar paspoort trouwens ook. "Nooit zou hij me mijn paspoort of dat van Clara hebben toevertrouwd: daar was ik te dromerig voor, vond hij," memoreert Diane.
Gaandeweg komt de aap uit de mouw. Het geslaagde leven van onderneemster Diane is eigenlijk één grote farce. In werkelijkheid leeft ze in een scenario dat door de drie belangrijkste mannen in haar leven zorgvuldig op poten is gezet. De manier waarop doet een beetje denken aan de Truman Show. Pappie heeft het literaire café voor haar gekocht, echtgenoot Colin regelt de praktische zaken en gay-vriend Félix houdt de boel draaiende.
Noodlot
In haar eigen café is Diane de grote afwezige. De bovenliggende studio is een onbewoonde puinhoop. Net als het leven van Diane overigens. Maar dat wordt pas duidelijk als het noodlot toeslaat. Op een dag laten Colin en dochter Clara het leven bij een verkeersongeluk. Diane vertikt het om de begraafplaats te bezoeken. In plaats daarvan sluit ze zich thuis op en wentelt ze zich maandenlang in haar misère. Haar ouders en Félix maken zich zorgen. Want hoe moet dat nu met hun kleine meisje?
Nu is het Félix die de regie in handen wil nemen. Hij beraamt plannen om Diane mee te nemen naar een exotisch eiland. Daar moet ze wel van opknappen, meent hij. Maar Diane wil niet naar een luxe resort. Voor het eerst in haar leven wil ze zelf bepalen waar ze heen gaat, zonder mannelijke chaperone. Het wordt het Ierse stadje Mulranny. Félix roept nog dat ze het niet kan. Dat ze het daar nooit in haar eentje gaat redden.
Hulpeloos vrouwtje
Je kunt niet zeggen dat Félix zijn best niet doet om Diane terug te drukken in de rol van het hulpeloze vrouwtje. Toch vangt hij bot. Diane is vastbesloten om naar Mulranny te gaan, waar haar een andere wereld wacht. In tegenstelling tot Parijs blijft het er zoeken naar een barista. Mulranny kent slechts pubs waar het donkere bier direct moet worden afgerekend, en waar je al blij mag zijn als je een kopje slappe filterkoffie gepresenteerd krijgt.
De ontvangst is niettemin warm. Diane wordt vriendelijk welkom geheten door een ouder echtpaar dat de cottage beheert. Buurman Edward is minder vriendelijk. Hij heeft de charmes van een moderne holbewoner. Maar hoe kan het ook anders: Diane raakt geïntrigeerd door de norse Edward, en zowaar ontvouwt zich een kortstondige romance. Maar een Parisienne blijft een Parisienne, zelfs in Mulranny. Op zekere dag belt Diane Félix met de mededeling dat ze terug naar Parijs zal komen.
De ontvangst is niettemin warm. Diane wordt vriendelijk welkom geheten door een ouder echtpaar dat de cottage beheert. Buurman Edward is minder vriendelijk. Hij heeft de charmes van een moderne holbewoner. Maar hoe kan het ook anders: Diane raakt geïntrigeerd door de norse Edward, en zowaar ontvouwt zich een kortstondige romance. Maar een Parisienne blijft een Parisienne, zelfs in Mulranny. Op zekere dag belt Diane Félix met de mededeling dat ze terug naar Parijs zal komen.
Geluk is een werkwoord
Tijdens haar afwezigheid lijkt de wereld te hebben stilgestaan. Het café in de wijk Les Gens Heureux oogt donker en verlaten. De boeken zijn bedekt met een laag stof en de koffiemachine braakt onder luid protest een ondefinieerbare drab uit. Haar toekomstige studio op de eerste etage heeft de charmes van een bezemkast. Ook de begraafplaats wacht al jaren op haar bezoek. Toch is er wel degelijk iets veranderd.
Met ferme pas stapt Diane een bloemenwinkel binnen en bestelt twee witte rozen. De verkoopster stribbelt tegen. Ze wil haar klant liever een boeket aansmeren, maar zonder succes. Diane koopt één roos voor Colin en één voor Clara. Nadat ze teruggekeerd is van het kerkhof krijgt vriend Félix een emmer en een dweil in zijn handen gedrukt. Want de boodschap van het boek is duidelijk: geluk is een werkwoord. Gelukkige mensen worden niet geboren, maar gemaakt.

Reacties
Een reactie posten