De digitale wereld is in de ban van de #metoo-beweging. Diverse schandalen kwamen de afgelopen tijd bovendrijven. Zo getuigden Vlaamse actrices van de loszittende handjes van televisiemaker en acteur Bart De Pauw. Net toen het rumoer rond De Pauw weer wat verstomde, was de beurt aan Jan Fabre. Samen met zijn dansgezelschap Troubleyn richt Fabre zich op controversiële kunst die de grens opzoekt. Hoe grensoverschrijdend die soms kan zijn, bleek uit een open brief van twintig ex-danseressen en –stagiars.
Bashen van de witte man
#Metoo stimuleerde vele vrouwen om nee te zeggen. Om niet langer akkoord te gaan met de eeuwenoude deal: seks als betaalmiddel voor macht of prestige. Zaken als die van De Pauw en Fabre bewijzen dat de #Metoo-beweging nuttig en nodig is. Tijden veranderen en oude machtsstructuren verschuiven. Wat dat betreft leven we in een bijzonder tijdperk. Door de toegenomen maatschappelijke druk springt het deksel van de doofpot. De verborgen zonden van mannen met macht komen openlijk voor het voetlicht. Ze vormen een waarschuwende vinger voor de politici en machthebbers van vandaag.
Toch is lang niet iedereen opgezet met de #metoo-beweging. Ik hoorde laatst iemand zeggen dat het een ‘dingetje’ was van getergde feministen. Ongeveer zoiets als genderstudies: een tak van sport die toch vooral is uitgevonden om de witte man een schuldgevoel te bezorgen. #Metoo zou een beschuldigende vinger uitsteken naar de witte man als potentiële onderdrukker, verkrachter, racist en seksist.
Laten we er geen doekjes om winden: zoiets sluipt er maar al te gemakkelijk in. Maar wie dat doet, wie #metoo reduceert tot het bashen van de witte man, gooit het kind met het badwater weg. Er zijn namelijk ook mannen die in stilte lijden. Velen van hen doen er het zwijgen toe, omdat een man die ervoor uitkomt slachtoffer te zijn van seksuele intimidatie nog altijd een beetje zielig wordt gevonden. Dat neemt niet weg dat het iedereen kan overkomen.
Rugmassage
Een servicetechnicus van middelbare leeftijd, laten we hem Arnold V. noemen, vertelde mij zijn verhaal. Door zijn werkgever was hij uitgenodigd voor een zogenaamd ‘weekend op de hei’. Na twee teambuildingsdagen werd het evenement afgesloten met een drankje aan de bar. Arnold was druk in gesprek met een collega, toen hij plots een hand op zijn schouder voelde. Een hand die met zachte en sensuele bewegingen zijn rug begon te masseren. Toen Arnold zich verschrikt omdraaide keek hij recht in het gezicht van een homoseksuele collega. "Sorry, ik ben niet geïnteresseerd," stamelde Arnold nog, maar hij werd niettemin overladen met avances. De enige manier om aan zijn aangeschoten collega te ontkomen was zijn hotelkamer in te duiken. Alleen, uiteraard.
Een onschuldig incident? Niet voor Arnold. Ook weken na het weekend bleef hij nog altijd een bittere nasmaak voelen. Regelmatig moest hij terugdenken aan het gebeuren; aan hoe tegen zijn wil zijn rug was gemasseerd, aan de kus in zijn hals en de woorden die hem zo overvielen. Een halfjaar later zou hij tijdens een bedrijfsenquête aangeven dat hij zich die avond seksueel geïntimideerd had gevoeld. Arnold bleek niet de enige. Binnen het technische servicebedrijf gaven nog eens twee mannen aan dat zij op ongewenste wijze seksueel waren benaderd.
Mannen met (on)macht
Dat zijn geen dingen die je zomaar even op maandagmorgen aan het koffieautomaat vertelt. Laat staan dat je even terloops bij de directie aanklopt. Ouderwetse concepties van mannelijkheid faciliteren niet alleen machtsmisbruik, maar evenzeer schaamtegevoelens wanneer mannen zelf het slachtoffer zijn. Laten we daarom niet vergeten dat #metoo er is voor iedereen. Niet alleen voor getergde feministen, maar ook voor mannen met (on)macht.
Een korte versie van dit artikel verscheen in het Nederlands Dagblad.
Reacties
Een reactie posten