Echte vaders passen niet op


Er zijn van die dingen die je plotsklaps stil zetten. Bij mij was dat een quote op facebook. “Een vader is geen babysitter of hulp. Hij is een ouder,” kopte een artikel van de Amerikaanse schrijfster Rachel Toalson.

Toevallig las ik dat na een ochtend waarop werkelijk alles mis ging. Manlief zou die ochtend thuiswerken en ik vanuit mijn kantoor. Maar ja, het is natuurlijk wel zomervakantie. Wat betekende dat ik hem alleen thuis moest achterlaten met vijf kinderen. “Die arme man,” was mijn eerste gedachte. “Zo kan hij toch niet werken?” En dus belde ik wanhopig rond om oppas te regelen. Vergeefs.

Rondvliegende nerfpijltjes

Het was al halftien toen ik mijn laatste spullen bij elkaar griste. Haastige spoed is zelden goed – zo blijkt al te vaak weer. Mijn hak bleef achter de drempel haken, waardoor ik een kapitale uitglijder maakte. Met aktetas en al werd ik over de plavuizen gelanceerd. “Mama?” klonk het bezorgd vanachter een emmer lego. Manlief schoot achter zijn beeldscherm vandaan om me overeind te helpen. “Alles goed? Ga nu maar, je moet je nooit door je kinderen laten tegenhouden om te bereiken wat je wilt.”

Hij heeft makkelijk praten, dacht ik even later, terwijl ik me op de fiets door de regen worstelde. Had hij ooit alles hoeven combineren? Een preek schrijven of een tekst vertalen, terwijl intussen de nerfpijltjes door het huis vliegen? De schram op mijn been deed intussen gemeen zeer.

“Mijn man voedt de baby en verwisselt de luiers,” gaat Toalson dapper voort. “Ook ziet hij erop toe dat de kinderen het speelgoed opruimen, zodat het huis aan het eind van de dag aan kant is, en kookt hij het avondeten. Hoewel ik waardeer wat hij doet, is het niet uitzonderlijk. Het heet ouderschap.”

Oermoeder

Pas voor het stoplicht begint me iets te dagen. Aan de bereidheid van manlief ligt het niet.  Net als de man van Toalson is ook de mijne niet vies van luiers verschonen. Hij kookt, brengt de kinderen naar bed en ja, hij ziet er zelfs op toe dat rondslingerende nerfpijltjes niet in de stofzuiger verdwijnen.

Nee, het probleem – dat ben ik. Het is de oermoeder in mij, die me nog altijd achtervolgt. Mijn leven vormt een breuklijn in de geschiedenis van generaties. Tussen mijn voormoeders bestond een woordeloze solidariteit. Stilzwijgend begrepen ze dat een "goede moeder" na schooltijd klaar zit met de theepot en een biscuitje. Ze koesterden geen ambities buiten het gezin, stuurden hun kinderen nooit naar de opvang, maar waren er simpelweg altijd.

Het probleem ben ik, de dochter die breekt met deze erfenis. Een erfenis die eeuwenlang ons lot bepaalde. Met babystapjes ben ik in de schoenen van de ondernemende vrouw gestapt. Maar wat ik niet had verwacht gebeurde: de zaken gingen goed. Vandaag past mijn leven niet langer binnen het stilzwijgende verbond van de "goede moeders". Met als gevolg dat papa op de kinderen moet passen.

Nanny's helpen, vaders voeden op

Toalson is het daar overduidelijk niet mee eens. “Als mijn man toeziet op de kinderen zodat ik een handvol essays kan doornemen, dan is dat geen oppassen”, schrijft ze. “Wanneer hij een kip in de oven steekt en nog een paar uurtjes op de baby past zodat ik nog een paar uurtjes kan slapen, is dat geen oppassen. Hij voedt gewoon op.”

“Vrienden en babysitters en nanny's helpen," verduidelijkt ze nog maar eens. "Vaders voeden op. Ik ben blij dat we dat even konden rechtzetten.”

Plotseling kan ik haar wel zoenen. Toalson doet me beseffen dat er niet één, maar duizenden manieren bestaan om een goede moeder te zijn. Vandaag sta ik voor de uitdaging om een juridische tekst van het Frans naar het Nederlands te vertalen. Ik neem me voor om pas in de namiddag een whatsappje te sturen met de vraag of mijn man het allemaal overleefd heeft.

Zijn woorden galmen door mijn hoofd: “Ga nu maar, je moet je nooit door je kinderen laten tegenhouden om te bereiken wat je wilt.”

Manlief redt zich wel. Nu ik nog.



Reacties